Bram Ghuys - Foto: Facebook |
In de jaren '80 had België met Eddy Annys een echte wereldtopper in het hoogspringen. Zijn 2m36, gesprongen in 1986 op een meeting in Gent, is nog steeds het nationaal record. Sindsdien is er nooit echt iemand geweest die in zijn voetsporen leek te kunnen treden. Stijn Stroobants manifesteerde zich begin de jaren 2000 wel als een groot talent, maar, deels door blessureleed, kon hij de hoge verwachtingen nooit echt inlossen. Toch mag er hoopvol naar de toekomst gekeken worden. België heeft in de persoon van Bram Ghuys opnieuw een talentvolle hoogspringer in zijn rangen. De atleet van Topsport Vlaanderen boekt jaar na jaar vooruitgang en etaleert ook steeds een grote regelmaat in zijn sprongen. Op termijn kan hij uitgroeien tot een vaste waarde op het internationale atletiektoneel. Na een goeie winter, waarin hij zijn persoonlijk record indoor aanscherpte tot 2m23, lijkt hij klaar om deze zomer opnieuw een grote stap voorwaarts te zetten. Het EK in Amsterdam is een realistisch doel en de Olympische Spelen een stille droom.
"Ik heb een goed indoorseizoen achter de rug en ik ben heel tevreden over de vooruitgang die ik geboekt heb. Aangezien de limiet voor het WK indoor (2m33) buiten bereik lag, had ik niet echt een groot doel deze winter. Daardoor ben ik samen met mijn trainer op een totaal andere manier beginnen trainen. Ik ben onder andere ook op stage geweest naar Leverkusen en daar zijn we meer aan de basis en aan de snelheid van mijn aanloop beginnen werken. Door die aanpak ben ik sneller, sterker en leniger geworden. Met een andere aanloop kan ik mijn snelheid beter gebruiken om gemakkelijker hoogte te winnen. Ik stoot nu ook wat verder van de mat af en daardoor zit de timing boven de lat nog niet altijd helemaal goed. Het was dan ook een beetje afwachten hoe ik het er op wedstrijden vanaf ging brengen deze winter. Ik had vooraf gehoopt om indoor voor het eerst over 2m20 te gaan, maar dat dit al onmiddellijk bij mijn eerste wedstrijd ging lukken, had ik ook niet verwacht. Het ging allemaal verbazend vlot en het feit dat ik in al mijn wedstrijden kon bevestigen, stemt me heel tevreden. Ik heb deze winter heel regelmatig gesprongen en dat doet het beste verhopen voor de zomer. Het was misschien nog mooier geweest, indien ik de limiet voor het EK in Amsterdam (2m26) al had gehaald, maar ik heb er vertrouwen in. Op training heb al vaak goeie sprongen afgeleverd op die hoogte en ik weet dat de limiet binnen mijn bereik ligt."
EK Amsterdam als absolute hoofddoel
"Ik heb een goed indoorseizoen achter de rug en ik ben heel tevreden over de vooruitgang die ik geboekt heb. Aangezien de limiet voor het WK indoor (2m33) buiten bereik lag, had ik niet echt een groot doel deze winter. Daardoor ben ik samen met mijn trainer op een totaal andere manier beginnen trainen. Ik ben onder andere ook op stage geweest naar Leverkusen en daar zijn we meer aan de basis en aan de snelheid van mijn aanloop beginnen werken. Door die aanpak ben ik sneller, sterker en leniger geworden. Met een andere aanloop kan ik mijn snelheid beter gebruiken om gemakkelijker hoogte te winnen. Ik stoot nu ook wat verder van de mat af en daardoor zit de timing boven de lat nog niet altijd helemaal goed. Het was dan ook een beetje afwachten hoe ik het er op wedstrijden vanaf ging brengen deze winter. Ik had vooraf gehoopt om indoor voor het eerst over 2m20 te gaan, maar dat dit al onmiddellijk bij mijn eerste wedstrijd ging lukken, had ik ook niet verwacht. Het ging allemaal verbazend vlot en het feit dat ik in al mijn wedstrijden kon bevestigen, stemt me heel tevreden. Ik heb deze winter heel regelmatig gesprongen en dat doet het beste verhopen voor de zomer. Het was misschien nog mooier geweest, indien ik de limiet voor het EK in Amsterdam (2m26) al had gehaald, maar ik heb er vertrouwen in. Op training heb al vaak goeie sprongen afgeleverd op die hoogte en ik weet dat de limiet binnen mijn bereik ligt."
EK Amsterdam als absolute hoofddoel
De afgelopen jaren nam Bram tweemaal deel aan het EK U23. In 2013 werd hij in Tampere 16de met een sprong over 2m17 en vorige zomer werd hij in Tallinn 10de met 2m15. Deze zomer staat voor hem alles in het teken het Europees Kampioenschap in Amsterdam. "Na het EK U23 vorig jaar, is het nu de bedoeling om aan te knopen met het internationale niveau van de elite. Amsterdam is het absolute hoofddoel van deze zomer, maar met een rol als figurant wil ik me daar ook niet tevreden stellen. Als ik het EK haal, dan wil ik daar ook een rol van betekenis spelen en boven mezelf uitstijgen. Als dat lukt, dan is misschien zelfs de limiet voor Rio [2m29] niet onmogelijk. Dat betekent natuurlijk wel dat ik vijf centimeter hoger moet gaan springen dan mijn huidig persoonlijk record. Da's op dit niveau veel, maar je moet ambitieus zijn. Ik hoop deze zomer een constant seizoen te springen, met hopelijk een paar uitschieters," aldus Bram.
Nieuwe trainingsmethode
Nieuwe trainingsmethode
"Zoals ik daarnet al zei, ben ik deze winter op een drastisch andere manier beginnen trainen. Dit zou normaal gezien zijn vruchten moeten afwerpen deze zomer. Ik geloof ook dat ik nog veel groeimarge heb, en dat ik de komende jaren ook steeds hoger kan springen. In het tussenseizoen hebben we ook spiertesten afgenomen. Daaruit bleek dat ik links-rechts wel in evenwicht ben, maar dat de verhouding quadriceps-hamstrings nog geoptimaliseerd kan worden. Als ik daardoor nog meer snelkracht kan ontwikkelen, dan kan mijn aanloop nog sneller worden en kan ik die snelheid ook beter omzetten in hoogte. Verder ben ik ook beginnen samenwerken met een sportpsycholoog en daardoor heb ik op psychologisch vlak ook grote stappen voorwaarts gezet. Vroeger was ik bij het begin van de wedstrijd niet altijd even geconcentreerd en zo verspeelde ik in de aanvangsfase te veel energie en krachten,"
Uitzonderlijke generatie werkt inspirerend
Uitzonderlijke generatie werkt inspirerend
Het hoogspringen bij de mannen staat de laatste jaren op een uitzonderlijk hoog niveau. Mutaz Essa Barshim, Bogdan Bondarenko, Ivan Ukhov, ... ze lijken allen in staat om het wereldrecord van de legendarische Javier Sotomayor (2m45) van de tabellen te springen. Daarnaast staan ook atleten als Chris Baker en Gianmarco Tamberi klaar om hen het vuur aan de schenen te leggen op de grote kampioenschappen. De uitzonderlijke generatie hoogspringers heeft ook een inspirerend effect op Bram Ghuys. "De topprestaties die de afgelopen jaren geleverd werden in het hoogspringen, werken zeker inspirerend voor me. Atleten als Tamberi en Baker ben ik al vaak tegengekomen op kampioenschappen en internationale meetings. Zij hebben de laatste jaren veel progressie geboekt en dat geeft natuurlijk ook een boost om zelf ook richting die hoogtes te gaan. Ik zoek ook steeds meer internationale wedstrijden op, want dat is veel competitiever en interessanter voor me. Mijn aanvangshoogte is meestal 2m10 en in België hebben dit jaar bij voorbeeld maar drie springers die hoogte overschreden. Dit betekent dat ik in België mijn wedstrijd pas kan beginnen nadat alle andere springers al klaar zijn. Dan moet ik helemaal alleen springen en da's niet aangenaam en ook niet bevorderlijk voor mijn prestaties. Deze winter heb ik bijvoorbeeld deelgenomen aan een wedstrijd in Keulen. Ik had er het op twee na laagste PR en uiteindelijk werd ik er 7de op 14 deelnemers. Ik werd zowat meegezogen door het niveau van de tegenstanders en ben er boven mezelf uitgestegen. Op de IFAM in Gent was dat min of meer hetzelfde verhaal," besluit de rijzige Dworpenaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten