Foto: Facebook
|
In het Zweedse Göteborg werd vandaag de tweede wedstrijddag afgewerkt van het EK indoor. De Belgen die vandaag in actie kwamen in de prachtige Scandinavium Arena hebben het er goed tot zeer goed vanaf gebracht. Lander Tijtgat heeft in de finale op de 3000 meter een mooie 8ste plaats behaald in een persoonlijke besttijd van 7'55"59. Als je weet dat Lander voltijds docent Chemie en Lichamelijke Opvoeding is, dan begrijp je dat dit een fantastische prestatie is van de 29-jarige atleet. Verder plaatsten Tia Hellebaut en Almensch Belete zich relatief gemakkelijk voor de finale van morgen in respectievelijk de hoogspringcompetitie en de 3000 meter. Beide maken morgen in hun finale kans op eremetaal.
Voor de atleten van het organiserende land is zo'n kampioenschap in eigen land altijd iets speciaals. Het thuisvoordeel stuwt bepaalde atleten naar een onverhoopte knalprestatie. Alhoewel het omgekeerde ook vaak het geval is. Door de grote druk vallen altijd ook een aantal thuislopende favorieten door de mand. De Zweden konden zich vandaag opwarmen aan een aantal mooie prestaties van hun atleten. In de finale van de 60 m bij de mannen behaalde Odain Rose een mooie 5de plaats in een persoonlijk record van 6"62 en op de 400 m bij de vrouwen plaatste Moa Hjelmer zich met een knappe 52"38 voor de finale. De Zweedse mag lichtjes beginnen dromen van een medaille morgen in de finale.
Het Zweedse publiek ging echter pas volledig uit zijn dak door de prestaties van Abeba Aregawi en Erica Jarder. Abeba Aregawi, een Ethiopische Zweeds maakte er op de 1500 meter een one-(wo)man-show van. Ze liep solo naar goud in een geweldige tijd van 4'04"47. Haar voorsprong op de tweede bedroeg maar liefst 10 seconden. Het feit dat Aregawi een "geadopteerde" Zweedse is, kon het publiek duidelijk niet veel schelen. Laat ons eerlijk zijn, als Almensch Belete morgen een medaille pakt op de 3000 meter zullen we haar ook als "Belgische" beschouwen. Voor een klein atletiekland telt iedere medaille.
De mooiste prestatie van de Zweden kwam, in mijn ogen, van Erica Jarder in het verspringen. Toen ze aanliep voor haar zesde en laatste poging stond de 26-jarige op een 5de plaats met een sprong van 6m56. Haar laatste sprong benaderde echter de perfectie : ze kwam precies uit op de afzetbalk en landde na 6m71 in de zandbak. De Zweedse was door het dolle heen want niet alleen had ze een persoonlijk record gesprongen, maar ze had zich ook de bronzen medaille toegeëigend. Ze sprong respectievelijk 2 en 3 cm verder dan de Britse Shara Proctor en de Servische Ivana Spanovic. Een verrassing van formaat want niemand had op een medaille van haar gerekend. Ze rende naar haar trainer toe die zowat gek werd van vreugde en ze sprong hem in de armen. Dit beeld vond ik bijna even mooi als de sprong die ze zopas had afgeleverd. De pure emotie die atleten tentoonspreiden, vind ik een van de mooiste aspecten van topsport en sport in het algemeen. Atletiek is dan ook een sport die zich daar heel goed toe leent. Een honderdste van een seconde of een luttele centimeter kan het verschil maken tussen winst en verlies, tussen eeuwige roem en vergetelheid, tussen uitzinnige vreugde en diepe ontgoocheling.
Morgen meer van dat ...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten